De rust die van het
landschap uitgaat
daarover raakt niemand
uitgepraat.
Op het netvlies haakt
een vlieg in.
Een mug laat een scheet,
een visser heeft beet.
De wolk houdt zich
achter de hand,
de zee doet het met het land.
Ik rijd enkele rondjes
op een zeepaard, wat een kontje.
Onder het dal ligt de
diepte
gaapt de kloof
geeuwt de eeuw.
