Naamloos

My darling,

I ought to begin by begging your pardon, perhaps,
for the extraordinary letter I wrote you last night. While
I was writing it your letter was lying in front of me and
my eyes were fixed, as they are even now, on a certain word
of it. There is something obscene and lecherous in the very look
of the letters. The sound of it too is like the act itself, brief,
brutal, irresistible and devilish.
Darling, do not be offended at what I wrote. You thank me
for the beautiful name I gave you. Yes, dear, it is a nice name
‘My beautiful wild flower of the hedges! My dark-blue,
rain-drenched flower!’. You see I am a little of the poet still.
I am giving you a lovely book for a present too: and it is
a poet’s present for the woman he loves. But, side by side
and inside this spiritual love I have for you there is also
a wild beast-like craving for every inch of your body, for
every secret and shameful part of it, for every odour and act
of it. My love for you allows me to pray to the spirit of eternal
beauty and tenderness mirrored in your eyes or to fling you
down under me on that soft belly of yours and fuck you up
behind, like a hog riding a sow, glorying in the open shame
of your upturned dress and white girlish drawers and in
the confusion of your flushed cheeks and tangled hair. It
allows me to burst into tears of pity and love at some slight
word, to tremble with love for you at the sounding of some
chord or cadence of music or to lie heads and tails with you
feeling your fingers fondling and tickling my ballocks or
stuck up in me behind and your hot lips sucking off my cock
while my head is wedged in between your fat thighs, my hands
clutching the round cushions of your bum and my tongue
licking ravenously up your rank red cunt. I have taught you
almost to swoon at the hearing of my voice singing or murmuring
to your soul the passion and sorrow and mystery of life and
at the same time have taught you to make filthy signs to me
with your lips and tongue, to provoke me by obscene touches
and noises, and even to do in my presence the most shameful
and filthy act of the body. You remember the day you pulled
up your clothes and let me lie under you looking up at you
as you did it? Then you were ashamed even to meet my eyes.
You are mine, darling, mine! I love you. All I have written above
is only a moment or two of brutal madness. The last drop
of seed has hardly been squirted up your cunt before it is over
and my true love for you, the love of my verses, the love of
my eyes for your strange luring eyes, comes blowing over my soul
like a wind of spices. My prick is still hot and stiff and quivering
from the last brutal drive it has given you when a faint hymn
is heard rising in tender pitiful worship of you from the dim cloisters
of my heart.
Nora, my faithful darling, my sweet-eyed blackguard schoolgirl,
be my whore, my mistress, as much as you like (my little frigging
mistress! my little fucking whore!) you are always my beautiful
wild flower of the hedges, my dark-blue rain-drenched flower.

JIM

 

 

James Joyce, letter to Nora Barnacle, 2 December 1909

 

 

 

* voor jij *

*  voor jij  *

 

En de bladeren van de dageraad en de stille vogels van de morgen vallen niet ’s nachts maar het sneeuwt in de verte dat het jouw naam is onmiskenbaar dwalend in de zwarte paleizen van de gedachte een plaats zoekend voor haar voet

als ik omkijk als ik schrik

Omdat ze de kruiken van huid zo merkbaar zacht breken als steden ineenstorten voor onze ogen uiteindelijk de moede val alles wat blijft van niets dat blijft en gemeen lachen vanuit onvermoede kieren en spleten honend en verlaten als ze je handen voor je ogen binden waarbij de adelaren van
de aarde en moederkoeien van de zon zich een heenkomen zoeken onder je beenderen als iedereen knielt omdat alleen jij dat zou moeten en hierom dat je het nooit deed als ze als— we geven het op
en slaan ijzers over de uren om het wachten draaglijk te maken—

En in een stille binnenplaats fluistert men tegen de ijsbloemen dat het winter wordt waar zijn de meeldraden is het hart gebleven huil je waarom o kon ik dat aanraken in je wat ik ken in je ogen geschreven door de nijvere scribenten van je dromen nachtgedachten kon ik het aanspreken of slechts zien en niet de bloemen van je verlangen schrikachtig achter gordijnen wegkruipen o kan ik kon ik dat aanraken lied waar pijn en vrede als schaduwen de wegen gaan die alleen het hart kent alleen

 

als door webbige draden en gangen

 

Het is genoeg misschien genoegt het het te willen misschien is het genoegt de O G E N B L I K

 

 

 

ill. Kees van Dongen

 

Incidenten zijn van alle tijden

Wij zijn ook maar vrijwilligers

en horen soms verhalen

dat iets maar net is goed gegaan

we kunnen ook niet overal zijn

 

de orde aan de waterkant

moet ook gehandhaafd worden

soms zitten ze er het hele weekend

in een tent

 

als je op hun borst klopt

klinkt het hol

je kan maar beter

op het ergste voorbereid zijn

 

tegen de tijd dat de politie er is

ben je al doodgebloed

Er is tijdelijk geen route informatie beschikbaar

Ik vergelijk de stad op zondag met zaterdag

schreeuwende jongens in de schemering

een kleine scherpe rode zon gaat onder

 

meneer m’n geheugenkaart ligt onder uw schoen

ze was er op gekleed en ook op de kou

achter m’n rug checkt ze alsnog in

 

hij mag best een eigen leven hebben hoor

maar af en toe ben ik een beetje onzeker

ik weet niet hoe dat bij mij opgeslagen is

 

dienstwijziging binnen 24 uur

maak me helder

er is een storing

 

De verdrevenen

 

Over al degenen die niet ontkwamen kunnen we kort zijn. Iedereen vluchtte de bergen in. De meesten bleven steken in de bossen, struikelden, braken hun benen, vielen van de steile rotswanden, bleven verschrikt liggen in de beekbeddingen of halverwege de beboste helling, wachtend op de dood. Anderen werden verscheurd door roofzuchtige bosdieren, dodelijk gebeten door slangen, ziek gestoken door de miljarden muskieten. Degenen die erin slaagden de berghelling te nemen na eindeloze, afmattende inspanning, kwamen na twee of drie dagen om van honger en moedeloosheid, alle gevoel voor richting en eigenwaarde verloren, te meer omdat ze hun onderweg bezweken kinderen hadden moeten achterlaten.
     Aan het einde van de volgende dag besloot het leger de berghellingen in brand te zetten, en vóór de zon onderging was de beboste helling één grote fakkel droog en vuurgretig hout, waaruit de laatste kreten van achtergebleven vrouwen, mannen en kinderen opklonken in het veelstemmig koor van de in doodsnood verkerende dieren.
     Het leger achtte de actie geslaagd. Niemand was ontkomen, het dorp was gestraft voor haar verraad. Over hen kunnen en moeten we kort zijn. Over hen kan dit verhaal niet gaan.
     Maar de enkeling die wel ontkwam en de vlucht de bergen in overleefde, alle gevaren van het woud en het klimaat trotserend, die na maanden of jaren zwerven bij ons terugkeerde, hij zal ons stof tot schrijven geven, over hem kunnen onze verhalen en liederen van nu af gaan. Zijn hond herkent hem wel.

 

 

Giorgio de Chirico, Melancholie van een mooie dag, 1913

 

 

 

Allerzielen & allergenen

The smell of basic energy drink in my bedroom

voulez vous kortingsvoucher avec moi ce soir

lyrische lucifer om de vlamverdeler

van het verlangen te ontsteken

 

wat heb jij een leuk vintage lichaam

het laat de functionaliteit

hiërarchie en contentplaatsing zien

en moodboards ademen de sfeer

 

je bent blind door je ogen

je ben doof door je oren

in je dromen vertoon je

oprechte belangstelling

 

ze zijn vaak lastig te begrijpen

veel klanten focussen zich bij het bekijken

van een wireframe te veel op details

terwijl het daarbij juist om gaat

 

“felt space” in de zin dat het gevoelens

emoties in de ruimte zijn

dus niet in je hart

maar daarbuiten

in de ruimte

 

Badkamerspiegeleffecten (na de slaapstroom)

 

 

Vannacht zag ik een slak een mes omkrullen

alle activiteiten zijn universeel getest

in iedere zin zit een uitzoekopdracht

zijn werken zijn schijnbaar open

transformationele moeilijkheden in de tastbare gebieden

 

schaduwen dreigen binnen te komen

bewegen zich extreem in stille wateren

gravitatietrekkracht in langgerekte statische opbouw

leef in de gratis Japanse light versie

variant van ovale vlekken

 

ik was aan het hallucineren

ik dacht aan niets

ik keek naar het nieuws

ik ging opstaan

ik sprak de eed

ik loog

Bel Argent

 

Je zou kunnen zeggen dat ik met mijn gedachten elders was toen ik mijn haar een blauwspoeling gaf, en twee glazen rode wijn droegen niet echt bij aan mijn concentratie.
            Laat me het uitleggen.
            Ten eerste moet je dit over mij weten: ik heb maar één spiegel in huis, die bovendien vies is. Ik ben een nauwgezet schoonmaker, op het neurotische af, zou je zeggen – de wasbak is onberispelijk wit, de bronzen kranen fonkelen – maar ik denk er maar zelden aan de spiegel schoon te wrijven. Ik geloof niet dat we Freud erbij hoeven halen of een van zijn vele volgelingen om te snappen dat hier sprake is van een probleem.
            Ik begon dit verhaal met een slecht verlicht spiegelbeeld. Een van de twee peertjes in de badkamer heeft het begeven. Ik ben halverwege het avondritueel van het tandenpoetsen, tegenover voornoemde spiegel, als een aureool rond mijn hoofd mijn aandacht vangt. Terwijl tandenborstel in rechterhand nog op en neer beweegt, van links naar rechts, grijpt linkerhand naar leesbril die op de kleine tafel naast het toilet ligt. Eenmaal boven op mijn geprononceerde neus helpt hij me registreren dat ik heilige noch heilig ben maar meer een soort koningin-moeder – nou ja, een gelijkenis van de koningin-moeder uitgewreven met de bordenwisser van een schoolmeisje. Niks aureool, die blauwe anomalie is mijn vochtige haar. Een kleurstofveldslag woedt op mijn hoofd, een wijvenstrijd van vloekende partijen.
            Ik raak een nog natte lok aan om de bestendigheid van de blauwspoeling te testen, met als gevolg dat ik er een kleverige vlek tandpasta op achterlaat. Je kunt met goed fatsoen aannemen dat multitasking niet mijn sterkste kant is.
            Ik buig me over de badkuip, pak de tube Bel Argent die ik gisteren kocht. Ik lees de kleine lettertjes, ook met leesbril moet ik mijn ogen tot spleetjes knijpen. Ja, ik gebruikte tien maal de voorgeschreven hoeveelheid bij het wassen van mijn haar. Ik hou van flink wat schuim. Gebruiksaanwijzingen lezen behoort al evenmin tot mijn sterke kanten.
            Grappig. Mijn badkamertegels zijn rechthoekig met overlappende lichtblauwe tulpen, bijna dezelfde tint als mijn nieuwe haarkleur. Godzijdank is het niet hetzelfde blauw als dat van de Israelische vlag. Kun je je voorstellen? Over een ruzie tussen vloekende partijen gesproken.

 

 

Miss Sluikhaar

Omgevingsscans in het kader

van het onderzoek naar vleesfraude

 

slaap veroorzaakt tijdelijke helderheid

het algoritme vergeet iets

 

de piek-eind-ervaring

van de biotechnologische achterhoede

 

 

 

Ik kwam als laatste aan tafel

Jij praat makkelijk met mensen

dingt onbewust af

op praktische zaken

reist licht zonder tijdsbesef

 

laat sterk verouderde voltmeters

verstoffen in glanzende vitrines

liggend te gebruiken i.v.m. omstandigheden

staat in kleine letters

 

niet elke vertraging is technisch

het gebruik van je fantasie

in het openbaar vervoer

is soms af te raden

 

iedereen is ergens geboren

ooit

 

For Max Beckmann

Let’s bleed in yellow and in red
take this couch for a gentle bed
and dream of songs and sounds
whispering in your eye, that counts

For all the blood that’s been shed
over all this shivering shy sonnet
touching new and ancient wounds
and woes, that stick to all that blooms

Like sweeter singing nouns
that have been fostered, fed
on your own account, and found

Loosening your cruel corselet
and precious peering rounds
praying like an anitique amulet.

Max Beckmann, Frau mit Mandoline in Gelb und Rot, 1950

Fabulous frowning sky

This fabulous frowning sky
peeling down her gown of milk
weeps with us for what’s forlorn

and still is visible for the ancient eye
flushed and swimming down upstream
against all odds in darker hues of blue

what the fickle fate is this swarm to us
a poem, a letter of love, a home?
all we do is sing and shedding soul

kneelin’ alone beside the fire
smell your armpits as reliable
as the swallowing hedgehog 

in the shrubs declaring the dark
as snug and better hug
than all our favourite fuck

 

 

 

 

image: Weeping Willow by Guido Utermark

Ik heb het helemaal gehad met

Ik heb het helemaal gehad met het Midden-Oosten

Ik heb het helemaal gehad met China

Ik heb het helemaal gehad met de sociale media

Ik heb het helemaal gehad met klassieke wijsheden

Ik heb het helemaal gehad met neologismen

Ik heb het helemaal gehad met de waan van de dag

Ik heb het helemaal gehad met verschillende soorten vogelvoer

Ik heb het helemaal gehad met downloaden

Ik heb het helemaal gehad met koude koffie

Ik heb het helemaal gehad met sneeuwvlokken

Ik heb het helemaal gehad met hagelslag XL

Ik heb het helemaal gehad met de stratosfeer

Ik heb het helemaal gehad met raadgevende referenda

Ik heb het helemaal gehad met postzegels

Ik heb het helemaal gehad met kruiskopschroevendraaiers

Ik heb het helemaal gehad met aardlekschakelaars

Ik heb het helemaal gehad met knoopcel batterijen

Ik heb het helemaal gehad met plastic munten

Ik heb het helemaal gehad met nagellak remover

Ik heb het helemaal gehad met visitekaartjes

Ik heb het helemaal gehad met diplomatieke betrekkingen

Ik heb het helemaal gehad met enkel- of dubbellijnige kaderstukken

Vertel ons wat meer over uzelf zodat we onze enquête-ervaring kunnen blijven verbeteren

Bezit je een Viking- of Wolff- of Sub-Zero-apparaat?

Ben je geboren in februari?

Heb je in de afgelopen 12 maanden een winkelcentrum bezocht?

Heb je in de afgelopen 6 maanden gejaagd op elanden, beren, of herten?

Bezit je een buitenboordmotor van 10 pk?

Heb je in de afgelopen 6 maanden een reis naar Australië gemaakt?

Heb je een fret?

Bezit je een kayak?

Heb je in de afgelopen 6 maanden een boete gekregen voor rijden door rood licht?

Heb in de afgelopen maand je een nieuw rijbewijs gekregen?

Heb je in de afgelopen 6 maanden op één dag meer dan 160 km gereden op een fiets?

Bezit je een hengel voor vliegvissen?

Ben je geboren in juni?

Heb je een geldig opera-abonnement?

Heb je in de afgelopen 6 maanden een tennisracket gekocht?

Heb je in de afgelopen 6 maanden een inenting tegen malaria gekregen?

Heb je ooit een rijbewijs gehad?

Heb je een rasechte dalmatiër?

Heb je in de afgelopen 6 maanden de hele buitenkant van je huis geschilderd?

Het grasland van weleer

 

Het grasland van weleer

 

Kille nachtwind verdwijn, dit is niet
jouw domein…’
Je kon een vogel horen roepen in de lucht
Mistig ochtendgefluister en zacht geritsel
weersprak de doodse stilte die hing alom

Hoor de leeuwerik luister naar het keffen van de vos
bij zijn hol
Zie het water opspatten als de ijsvogel erin zich stort
En een rivier van groen glijdt ongezien onder de bomen door
stroomt vrolijk door de eindeloze zomer koersend naar de zee

In de kalme uiterwaard
vlijde ik me neer
Overal rondom me daalden gouden zonnevonken op de grond
Me koesterend in het zonlicht van een lang vervlogen dag
voerden klanken van wat was de kamer in van mijn flat

Hoor de leeuwerik luister naar het keffen van de vos
bij zijn hol
Zie het water opspatten als de ijsvogel erin zich stort
En een rivier van groen glijdt ongezien onder de bomen door
stroomt vrolijk door de eindeloze zomer koersend naar de zee

 

 

Roger Waters

 

 

 

Schuilplaats

 

Compleet verzorgde doodsvacantie

Collectief bewust maakt moe

Behalve bij jou

Bij jou kan ik schuilen

 

 

HET IS ZO IETS ALS

aan de rivier staan

EN WETEN:

BUITEN  de rivier  IS NIETS

DAT ALS  de rivier  BESTAAT

 

 

 

 

 

ill. Hercules Segers (ca.1589–ca.1638), River Valley with a Waterfall

 

 

Lood

Over het brengen in de nacht
het is onwelkom bezoek
in het wakker zijn bevindt zich lood
verberg ik kuilen, graaf jij dieper

Onverwacht is het niet meer
aanwezig in adem,
langs flanken van gewoonte
mijn huid doet pijn, ze draagt

laatst klonk er stem vanuit
de kamer waar ik zelden verblijf
het behang gevuld met
platte zwaluw in blauw
ik deed alsof ik luisterde

onder het laken ruik ik ons
er is wij ontstaan
je vraagt of ik koffie wil
mijn hoofd braakt, ik zeg ja
het is zondagochtend
ik weet niets

Zelfportret en gedicht
Astrid van Rijn

Moonshot

Uw bestemming alles in één

kleinschalige luxe, ruimte en rust

 

krikhaarvakantie in historische hoeve

uitstekende ligging

 

liters voor levensgenieters

privacy bij de bushalte

 

authentieke bosbrand

kijk maar op unieke locatie

 

meezeilen of cursus

of zo thuiskomen bij jezelf in Drenthe

 

aankomst op elke gewenste dag

bel voor bosbrand

verlengen is mogelijk

 

ook in juli/aug. kamers beschikbaar

neem contact op met de afdeling

alle advertenties zijn overzichtelijk

 

 

 

Wie doet dat eigenlijk?

Ik houd de dagen niet meer bij

boekstaaf  eigen veiligheid

the flowchart of my heart

een verlies- en winsttekening

 

maak een legenda voor later

verticale streep nog nader te bepalen

een pijl wijst op een verplaatsingsadvies

betreffende een zin, zinsdeel of woord

 

er staat iets op de naderingskaart

ik ging hier altijd naar links

ik herhaal

ik ging hier altijd naar links

 

De beurzen staken opmars

 

Beurzen bewegen amper

Kleine winsten op Europese beurzen

Beurzen positief richting banencijfer

Beurzen wachten op EBC-besluit

Beurzen vrezen Amerikaans schuldenplafond

Kleine winsten op Europese beurzen

Beurzen blijven dicht bij huis

Rustige vrijdaghandel op beurzen

Beurzen iets lager

Europese beurzen weer in de plus

Beurzen wachten op cijfers Verenigde Staten

Beurzen hoger na uitlatingen Yellen

Beursherstel door stimuleringshoop

Voorzichtige correctie op beurzen

Beurzen lager door zorgen Verenigde Staten

Beurzen licht achteruit

Beurzen zetten opmars door

Kleine winsten op afwachtende beurzen

Beurzen lager na gemengde resultaten

Beurzen staken opmars

De kunst van het amorf zijn

Voorwoord – 9

 

  1. De kunst van het amorf zijn – 15
  2. Bevrijd je van alle wielen – 18
  3. Het fenomeen gedachteloosheid – 29
  4. De gedachten in het donker – 47
  5. Het sterven van de tao – 63
  6. Tao versus negatief denken – 69
  7. De uiterlijke dialoog en de media – 77
  8. De heerschappij van het individuele denken – 85
  9. Ditjes en datjes – 91
  10. De kunst van het netwerken – 99
  11. 11. Oefeningen voor iedere dag – 107
  12. Samenvatting – 129

De realiteit van het productiemiddel

Ik heb niet tien jaar gestudeerd
om in lege ruimtes te praten

ik betaal voor uitkomsten
ik betaal voor kwaliteit

keer op keer onderbreekt de arts
me na 18 seconden

ik maak gebruik van paramedici
en laat oogmetingen uitvoeren

het laatste wat ik wil zijn
data om zelf bij te houden

 

2018 anno neo dada

Aan dit soort nuanceringen doet nieuwkomer Niermalsingh Ramsanjhal niet

zijn tips staan op alfabetische volgorde

het is allemaal nogal opgewekt en zakelijk allemaal

en duidelijk door een man geschreven

 

soms verbazen de adviezen

tip 127: neem geen auto met een trekhaak

want die is minder waard bij het inruilen

en niet stoer

 

bovendien gaat iedereen je hulp vragen

bij het vervoeren van spullen

en dat kost tijd, geld

en geeft slijtage aan de auto

 

ook woont de auteur duidelijk

in de stad

gezien zijn tip parkeerkosten uit te sparen

door boodschappen te laten bezorgen via ah.nl

 

voor de beginnende bespaarder

die veel tips op een rij wil

is dit een leuk boek

maar wel duur

 

We kunnen ook iets anders kijken

Ik had een robot aan de lijn

die stuifmail voorspelde

en van het weekend ben ik spinvos

je kan er toch intrappen

 

het hamerde de hele weg

Poolse puthoer, kanker koelie

direct na het schoolplein

theater voor de deurwaarder

 

blinde machines stotteren

de wachttijd voor verbinding

is verstrekken

Inverted crib whip

So she was another man and killed himself
loved to be a maggot stuffed with lies
of her better half his own spectre of starvation

I’ld love to be in the country
so I could for the city yearn

Slithering through sewers from drain to cesspool
she conducted all his gaping gaps to twat & slut
left her other third in the results of a smelly education

Oh to be where the city runs
shiny goblets of rustic gnomes

 

 

 

 

 

Hoe werkt het?

De elektrische impulsen bootsen een wandeling na

in je benen

zodat het bloed geforceerd wordt

om goed door de aderen te stromen

 

het verhoogt de bloedcirculatie

zuurstof en verwijderd afvalstoffen

en vocht in je benen

 

en nu heb je de mogelijkheid

om deze behandeling

vanuit het gemak van je eigen stoel te ervaren!

 

The Grammar of The Future

If density shows eyesight mirroring spongy bodies hiding in soul without no verb
one should wonder where the fingers around the vocals should leave or sieve herb

or disappear

Signing tiny whines of automatic soft design we are the melting machine gathering
in word what breath would hiss hush should bacteria tree fish tell from smothering

the varied beginning

Now no snow is hiding all burns in swim skin high towards the flame world without
end stumbling to the final whimper of an unannounced touch of brim skin and shout

 

 

 

De beelden zeggen op zich niets

 

We roepen alle vrijetijdstechnologen op

om de handen in elkaar te slaan

 

we ontvangen steeds meer informatie

over fictieve vervreemding in relatie

tot pop-up piepschuimen natuurterreinen

 

welkom in de wereld van de usb poppetjes

 

hun ontsporingen zijn talrijk

ondanks vitamines op maat

ze vervolgen hun wegen

langs grafieken vol energieverlies

 

hormonale humeurhuishouding van nachtelijk

zoekende jeugd die elkaar vergeefse blikken

als schaduwen toewerpt vult vreeszuchtige

harten van volkswijk bewonende restpopulaties

 

er is niemand online en dat is best fijn

 

 

 

 

 

 

IKEA-wijsheden en belangrijke data

   

Als je alleen naar de horizon kijkt

dan is de kans groot dat je struikelt

 

de ongebruikelijke ideeën

zijn vaak de beste

als je slaapt kan je weinig fout doen

 

in Parijs schoot het Zweedse

financiële genie Ivar Kreuger

zichzelf dood

 

we zijn voortdurend op zoek

naar nieuwe behoeftes

om die te kunnen vervullen

 

de jongen realiseerde zich dat

hij meer moest verkopen

dan lucifers en vis

 

degene die netten bezit

moet vissen

 

degene die geen netten bezit

hoeft geen vis te verkopen

 

alleen wie lage kosten heeft

kan ook lage prijzen vragen

 

realiteit bedriegt zelden

maar uitspraken van mensen

bevatten vaak veel onzekerheden

 

met succes oogst je niet alleen bewondering

maar ook jaloezie

en angst

 

de teksten werden steeds meer

en meer veelbelovend

maar aan de producten was helemaal niets veranderd

 

zoals altijd was de oplossing eenvoudig

 

1959 het aantal medewerkers wordt meer dan honderd

 

het leven zal het concept

altijd confronteren

met nieuwe problemen

 

geef om de mensen

waar niemand omgeeft

dan ben jij de koning

van een koninkrijk

waar niemand wil heersen

Help mij, verlos mij (a collaboration)

Help mij, verlos mij

Help mij. Ik ben geen slenk
waar je vrijelijk in stromen mag.
mijn verdriet is een baar.
Ik ga vanzelf kopje-onder.

Geef me het zeewezen
dat in m’n aderen trekt.

Verlos mij. Mijn hoofd is een terp
waar een zendeling roept dat ie
een stoutmoedig plan heeft
om het leven te vatten.

Vergeef me als ik eruit flap
dat de ander een aardappelkop heeft
waar de ziekte in omspookt.

Help mij. Verschoon me
van de smerige mond,
van het woord dat troost
pleisters plakken wil.

Vergeef me als ik zeg
dat mijn akker rijk
en dor kan zijn.

Verlos mij. Bokkig ben ik
altijd al geweest, met een gezicht
dat het grazend vee dikwijls
achter de dijk bracht.

Geef me zeeklei
uit Zwarte Haan om
duistere gedachten
uit te bijten.

Help mij als de mens
woorden als basalt
gebruikt, concepten
plakt op dode materie.

Vertrouw me als ik zeg
hoe het in mij stroomt
als een kolkende rivier.

Hoe ik het kind voeder
dat anders zijn vuisten
kapot beukt.

XVIII

Ik bin gjin slinke dêr’sto frij yn streame meist.
Myn earm is pears fan de ynfiltraten.

De holle is in terp dêr’t in sindeling in dryst
moedich plan hat om it libben te fetsjen.

Ferlos my. Ferskjinje my fan de smoarge mûle,
fan it wurd dat treastpleisters plakke wol.

Ik bin gjin oseaan sûnder ein. Myn weagen rôlje
regelmjittich en wine har net op yn in flok.

Stúmsk ha ’k altyd al west, mei in antlit
dat it weidzjend fee achter de dyk brocht.

Ferjou my as ik samar begjin te praten yn ’e
sliep, de nachtmerje in feech om ’e holle jou.

Ik bin gjin fersierder, mar wol dyn lippe sa read
as bloedkoraal. Help my. Ik wol gjin blauwe dea.

Aansens tsjinje ik in petysje yn, slymje hypothesen
ticht, kertsje ik de flerken fan ’e seekoet.

Elmar Kuiper

Verlos my Help My
Verlos my Help My
Absolve me Help me
Work in collaboration Elmar Kuiper + Kaneli & Smit

— — —

 

there’s no comfort elsewhere

 

certain words creating melodies creating harmony

 

a lot of undefinable river weed (what’s that?)

 

2,5 million clouds passing by with no car no noise

 

4 million poems concerning real meaningful content in musically wrapped metaphors with no emphasis and a lot of scattered Sap Ph O

 

dentists pronouncing terrible future happenings

 

lists in alphabetical order of books one should read before death strikes the hour

 

goddess-like ladies gossiping in line and comparing volumes and inner space

 

question marks where it should be full stops or exclamation marks or sheer exclamation

 

unreliable fishes

 

the bubbling of birth

 

poetry nothing but poetry

 

non-existing colors exterminated but saved nonetheless

 

itch in my eyes concerning nobody in particular

 

hatred of any ideology

 

at swim-two-birds

 

crime as creamy as crimson

 

every army is deemed to fail

 

there’s only this and here and now

 

space is the female body

 

striking encounters of the third kind

 

useless lists

 

sudden stone buddha’s among the weeds

 

studio clouds overhead and underneath, all on canvas or up there

 

hangmen in the dark

 

all shades of green and green like green from green as green as green can be

 

green

 

image by Max Ernst, La femme 100 têtes

 

some chickens survived, but not for long

 

watching without thinking

 

thinking without watching

 

several species of man-made creatures

 

the way the moon reappears suddenly in due time as she used to do

 

all the tired horses

 

seven dead cars and not even oldtimers

 

she came in through the bathroom window

 

examining windfall and haze

 

you try the rope and it holds

 

drink your yoghurt and stay firm

 

religion is the way of escaping reality and denying bodily facts

 

ignore this

 

level with the one you’re with

 

it’s certainly a nice running machine

 

can i have your picture naked?

 

some edifices don’t work properly, never will

 

i’m a monk and stay that way

 

nevertheless the stars, the countless stars

 

my kitchen is famous

 

if you tell me a lie, tell me a black lie, don’t tell me a white lie

 

do you like this garden?

 

stealth is a certain curtain

 

i don’t recognize this schoolyard anymore

 

and the wind cries mary

 

 

Aldus uw struikelende bruid

 

 

snorkel dichters
vent uw katjes uit
show uw kroost
en vier uw fruit

haat uw haat
en schiet uw kluit
wees te laat
wanneer de buit

van vrienden wordt verkocht
waar de noodklok luidt
eet men varens
drinkt beschuit

kucht u nog wat na
geen nood het kost geen duit
voor wie liever grienen blijft
is er immer nog wat fruit

Als de zee kust

Aquaduct ringvaart
ruimtevaart schatkaart
als de zee kust
let dan wel op dat ze niet in je nek bijt

Als de zee kust
Als de zee kust
sea-beggar-ik
sea-beggar-ik

troostvogel / treastfûgel / consolation bird

troostvogel / treastfûgel / consolation bird

troostvogel / treastfûgel / consolation bird

In de vogelwereld, bij een groep trekvogels vaak vliegt ook een vogel van een andere soort mee.
‘Tijdens de trek reist in vrijwel iedere vlucht wilsters een andere soort vogel mee. Hij vliegt mee als troostvogel. Pake zegt dat jeop een lange trek met veel ontberingen niet zonder troost kunt.’
In the bird-world, often a bird of a different species flies with a group of migratory birds.
He flies along as a consolation bird. They say that you can not travel a long distance full of hardships without consolation.

de zaal van baards! – het sprakeloze in taal en typografie bij de hoorns gevat

(achter iedere god
een ithyfallisch vers staat)

visioenen van de absolute kut, solide
maar droog.

jouw stokslagen mijn duizend engelen, waarmee ik de
werelden bevecht

(meer list dan twijg in beth, dat bod, onverplaatsbaar.

 

Brandend en dreunend vernietigt sadàexposadà de taal, in zwart en rood op wit, door erin af te dalen
Een tot mislukken gedoemd project glorieert in het snijvlak van wat de taal scheidt van het sprakeloze,
het bedrukte wit,

een prachtig procedé waarin de poging het onuitspreekbare tot spreken te dwingen prevaleert
De lust omgezet in de lust voor het oog, taal en symbool en typografie graven in het wit van de pagina naar de fecoliet van de gestolde erotiek
Een twijg wordt uiteengetrokken tot   t    w    i    j    g

 

:

Dompel je onder
in de zaal van taal waar de aars
versmelt met de b van beth


heb ik dan geen kritiek?
jawel, de – de alef – is geen os, maar de kop van een potente stier, de maangod Minotaur die dit boek met verve bespringt

 

LAIS

Zie wat ik zag toen ik weigerde te zien.
Hoor wat ik verzweeg toen ik weigerde te spreken.

Niets van jou is ooit daadwerkelijk beschreven.
Niets is van jouw lichaam ooit naar waarheid verteld.

Jij weet niet wie jij bent.
Jouw lippen sluiten niet jouw mond,
jouw ogen zien niet wat je ziet,
jouw hand heft niet een van jouw handen op.

Jij splijt de wereld. Jij
bent een diepe aarden mond.

De goddelijke tongen vlammen
aan zichzelf verwrongen gebonden
rond het uit hun hemelen
verdrongene.

Jij wint. Jij won. Met
vloek en krijsen zullen
eeuwig de goden
zichzelf moeten dwingen

om jouw naam
bij elke mens in
te branden.

Uit vuur
vuur.

Ekster

Wanneer? Geen idee.

Het moet zomer zijn, want hij voelt geen koude. Hij spant zich in,  zet de boventanden stevig  in zijn onderlip, maar in zijn herinneringen is niets te vinden dat op een naam lijkt. Vaag ziet hij het beeld van een hand die Griekse letters uitwist op een met een waslaag bedekt tablet. Hij kan nog een pi en daar misschien een lambda onderscheiden, of is het een tau? Nee, het gaat te snel. Overigens, was het wel zijn naam die daar stond en daarbij: wat maakt het nog uit, hier en nu?

Wat is dit hier, waar is hij nu? Hij is naakt, en zijn lichaam heeft iets vreemd: het is merkwaardig ongeschonden. Hij voelt, nee: hij weet zich helemaal gaaf. Nergens een schram of een zweertje, niet eens een muggenbeet. Langzaam strijkt hij de vingers over zijn gladde wangen.

Er is nergens schemering, geen overgang. Dit is geen plaats voor nuances. Hij staat  in een kegel van licht. Zijn voeten schuift hij verkennend over de planken vloer, die gladgeboend is. Verder is er niets te zien, enkel het duister dat naadloos aan de kegel kleeft. Aarzelend waagt hij zich even buiten de kegel, steekt eerst een voet en dan zijn hoofd in de donkerte, maar omdat er niets te zien is en hij geen held, trekt hij zich vlug terug in het licht.

Er wint.

Het dient gezegd: het geurt hier in het licht aangenaam naar zaagsel, de harsgeuren bevangen hem als waren het lieflijke tastbaarheden. Maar er is geheel geen geluid. Hij luistert aandachtig naar wat men doorgaans ‘stilte’ noemt: zijn hartslag, zijn ademhalen  en het monotone gezoem, de aandrang van het denken.

Dan, vanuit het duister spreekt een vrouwenstem hem moed in. ‘Courage’, zegt ze, onzichtbaar en als vanuit alle richtingen. ‘Courage, courage’, zoals een Afrikaan die een heuvel afdaalt een klimmer begroet. En : ‘Luister naar je adem, alleen maar je adem’.
Hij gehoorzaamt.

Ekster.

Plots, zonder enige achterhaalbare oorzaak, denkt hij het woord ‘ekster’, de letters, de vogel. Verrast door de eigen vondst herhaalt hij de gedachte. In de stilte weerklinkt het lachende gekwetter van de vogel, een schel geluid dat wegebt in zijn brein. Hij schrikt hevig. Was dat nu klank of een gedachte? Allebei?

Levensecht doemt dan het beeld op van een naakte, liggende vrouw: je ziet enkel haar open benen, een reusachtige vogel pikt in haar onderbuik. WTF. Hij walgt want hij hoort het pikken, de tjaks in het vlees en de tjoks op het bot. Hij begint te rillen, wil wat roepen maar zijn stembanden brengen enkel een schor hijgen ten gehore.

‘Wat is dit, waar ben ik, wat wilt u van mij?’ Hij roept het luid maar de stem is verdwenen. Het afgrijselijke beeld floept uit, voorlopig, maar langs zijn neusvleugels, links en rechts, glijdt nu een druppel dikke,  zwarte vloeistof weg.  De tranen pletsen op de vloer en barsten daar uiteen tot slierten zwart die in de lichtkegel terug opwaarts gaan zweven alsof ze met het geluid ook hun gewicht hebben verloren.

Hij wil niet meer in woorden denken, geen vogels meer zien, niet meer zulke beelden genereren. Want dat denkt hij, dat het zijn gedachten zijn die…

Twee druppels glijden weerom op de grond. De afschuw brengt afschuw van de afschuw, de angst maakt angst en meer beelden. Hij probeert de dreigende slierten met zijn handen te grijpen om ze uit het licht te drijven, maar bij elke aanraking splitsen ze in tientallen fijnere draden zwart, als olie in water. De vogel pikt genadeloos verder in het steeds weer opdoemende beeld. Vette druppels zwart zweet druipen traag van zijn huid.

Hij denkt zich snel nog een drietal rode tulpen, wiegend in de zomerwind, maar het is te laat en vergeefs: onstuitbaar gutst  het zwart  nu ook zijn neus en mond en anus uit. In vertwijfeling grijpt hij nog naar zijn lid, dat in zijn hand verschrompelt. De huid verpulvert bij aanraking zoals na een brand de geblakerde bladen van een boek.

Het was de schuld van de ekster.

26/07/2010 rev. dv@EBK

voor ‘KORT’, een verzameling kort proza.

– zonder titel –

de stofnevels gegaan en gekomen,
niemand die het weet
gebarsten bomen weggedoken tussen honderden,
de andere spoken.
blauwgroen licht donkerder dan de nacht
zwaarder dan de wil
ruller dan het strand
zacht zand vult alle spleten, doodt alle schaduw.
zure regens maken kortstondige geulen die
verharden en verkolen.
bliksem sterft
de gevoelens die altijd hebben bestaan,
voor de meeste tijd.
een vormloze implosie zichzelf vergetend,
vervagend,
vervangen door geronnen angst
ontketend toen we niet voelden
kijkend door een grijze muur
eindelijk sluiert het,
opgezwollen vlees, groen etterend, voor altijd hard
stuiterende botten gebogen in grotten
van verslindende oude onwil.

korsten vormen zich in brandende hitte,
verzengend vuur barst,
sijpelt, doorklieft de nissen van vreemdelingen
eens verholen in dit gif.

fragmenten komen op gang, verpulverd door de tijd
verschijnen ze als een flets afgietsel van originelen.
ontspringen en bewegen
rustloos trillen
het scheurt
het spettert open
en besprenkelt
vonken, die over willen slaan
altijd versperd
ontdaan van betekenis

eens moet de bliksem.

Jaap Zwart, 1981 (?)

ill. Odilon Redon, À Edgar Poe, L’Oeil, comme un ballon bizarre se dirige vers l’infini, 1881

Pasi Thea Kalè

Pasi thea kalè

ik, ik wist dat ik het in mij had
de dans, de wind, het ei
maar hoe, en zou het werken?

verveling werd mij snel te veel
dus aan de slag[1], weldra slang,
het noorden naald, kompas

werd compassie, tango had mij
vroeg al lief, de bergen & het dal
volgden in razernij & mij

o gretig een tochtige merrie
riep ik het niet-bestaande tot bestaan:
het stond rechtop in mij

ik de plek hij de tel
de wet het spel
spilt & spelt zijn lied

duivels schietlood benam
de adem met een doelgerichte
eeuwigheid van spog

niets zonder gevolg luidt
de hoofdwet van de dans
het ei in mij wenste een vogel

ik, ik liet los, en hij, hij
broedde koekeloerend
tot hij scheel zag & brak

zo staat in schrift geschreven
beitel stoer in mannenhand
& ik, ik alleen, de noorderkroon

~~~

nee, het is anders gegaan
ofi mocht dan kunnen sprietsen
broeden kon hij niet

schaal & al schonk ik
pandora, eerlijk gegeven
wellicht kan zij ermee leven

[1] zuidwaarts van Nammoe tot Nippoer

ill. Dirk Vekemans, Engel